Interview

Satellietmonitoring: op naar de volgende stap

Gepubliceerd op: 23 juni 2021, 12.32 uur

Het gebruik van data van satellieten heeft nu al grote meerwaarde voor het werk van Rijkswaterstaat. Maar er kan nog veel meer. We willen dan ook een grote stap vooruitzetten met de implementatie van satellietmonitoring. En daar is de markt hard bij nodig.

Satellietdata als nieuw fenomeen

'Aan pilotprojecten die gebruikmaakten van satellietdata is de afgelopen jaren geen gebrek geweest', zo begint Anneleen Oyen, technical advisor remote sensing bij Rijkswaterstaat Centrale Informatievoorziening (CIV). 'Dat waren vooral kleinere onderzoeken, die geen opvolging kregen.'

Oyen denkt dat dit vooral te maken heeft met het ontdekken van satellietdata als nieuw fenomeen. 'We zochten naar toepassingsmogelijkheden, maar zowel de markt als Rijkswaterstaat hadden nog niet precies voor ogen wat de mogelijkheden zijn en wat waardevol is. Dat weten we ondertussen veel beter en we kunnen daardoor veel gerichter aangeven waaraan we behoefte hebben. We willen de markt daarom ook uitdagen om niet te stoppen bij het verwerken van ruwe satellietdata tot bruikbare informatie, maar om in te zetten op de vervolgstap: de doorvertaling naar de informatie die we echt nodig hebben.'

Algengroei

Een goed voorbeeld van de meerwaarde van satellietdata die nu al wordt toegepast, is het monitoren van algengroei in de Noordzee. 'Van oudsher controleerden we algengroei door in het groeiseizoen, van april tot en met september, met schepen de zee op te gaan om op vaste plekken monsters te nemen', vertelt Lisette Enserink, senior adviseur bij Rijkswaterstaat Water, Verkeer en Leefomgeving (WVL).

Voorlopig doen beide methoden, via schepen en via satelliet, 3 jaar lang naast elkaar dienst. 'Om te kijken of de gegevens van de satellieten geen grote afwijkingen laten zien ten opzichte van onze watermonsters, hebben we zogenoemde match ups nodig. Dat zijn metingen op zee op het moment dat de satellietbeelden overkomen. We hebben een proef gedaan met de Sea Rangers, die dan vanaf een zeilboot watermonsters nemen.'

Besparing

Behalve deze match ups is het ook van belang dat de satellieten altijd gegevens leveren. Enserink: 'Als je afhankelijk bent van 1 satelliet, weet je dat niet zeker. Die kan immers defect raken. Daarom werkt het Copernicus-Satellietprogramma ook met 2 vergelijkbare satellieten, om die beschikbaarheid van gegevens te waarborgen.'

Op den duur levert werken met satellietbeelden een flinke besparing op. 'Omdat schepen voor de algengroei minder de zee op hoeven te gaan, bespaar je op stikstofuitstoot, op CO2-uitstoot én op kosten', vertelt Enserink. Satellietmonitoring kan ook voor eenduidigheid zorgen. 'Noordzeelanden maken sinds dit jaar gebruik van dezelfde gevalideerde data en dat het onderling vergelijken van de oordelen gemakkelijker. Daarmee komt gezamenlijk, coherent beleid een heel stuk dichterbij.'

Bodemdalingskaart

Hoewel Oyen zich graag laat verrassen door wat marktpartijen met satellietgegevens in gang kunnen zetten, zijn er voldoende toepassingen die hun nut al hebben bewezen. Een rode draad hierin is dat beheer- en onderhoudswerkzaamheden vaak plaatsvinden op vooraf vastgestelde tijdstippen en locaties.

Een jaar geleden is de eerste bodemdalingskaart gepubliceerd, met een tot nu toe ongekende mate van detail. Het stelt Rijkswaterstaat in staat om onder andere de wegeninfrastructuur en de 17.000 kilometer aan dijken in de gaten te houden. Oyen: 'Met de bodemdalingskaart kunnen we op basis van afwijkende gegevens eerder een controle uitvoeren. Hierdoor wordt eerder ingrijpen mogelijk, waardoor die ingreep waarschijnlijk ook beperkter zal zijn, efficiënter en kostenbesparend.'

Data leveren

Rijkswaterstaat staat nu voor een logische vervolgstap. 'We gaan satellietmonitoring implementeren in onze werkprocessen, zodat iedereen ermee gaat werken', vertelt Oyen. 'Dit betekent dat we als Rijkswaterstaat data gaan leveren, waarmee gebruikers binnen Rijkswaterstaat – en hopelijk ook daarbuiten – aan de slag kunnen gaan. Deze verandering moeten we uiteraard niet onderschatten, maar de positieve effecten van satellietmonitoring zijn evident.'

Een uitgebreide versie van dit artikel lees je in het nieuwste magazine Rijkswaterstaat Zakelijk & Innovatie.