Interview

De jarige Haringvlietsluizen door de ogen van de beheerder Niels Kuiken

Gepubliceerd op: 15 november 2021, 12.43 uur

Op 15 november 2021 vieren de Haringvlietsluizen en Haringvlietdam hun verjaardag. Een mooie gelegenheid om de sluizen en de dam nog eens in het zonnetje te zetten.

Hoe draagt de Haringvliet al 50 jaar bij aan droge voeten? Wij spreken hierover met de man achter ‘De kraan van Europa’: Niels Kuiken.

Topconditie

Niels Kuiken is al sinds 2012 betrokken bij het beheer en onderhoud van de Haringvlietsluizen. Hij werkt bij de afdeling Stormvloedkeringen van Rijkswaterstaat in de regio Zuid-Holland. De afdeling waar ook de Maeslantkering, Hartelkering, Hollandsche IJsselkering en de Haringvlietsluizen worden beheerd.

Kuiken: ‘Ik zorg ervoor dat de sluizen kunnen (blijven) functioneren. Dat doe ik samen met mijn directe collega’s maar ook met marktpartijen. Zij denken mee over de slimste technieken en methoden om de sluizen in topconditie te houden.

Voordeur

‘Als assetmanager ben ik de spin in het web voor zowel het dagelijkse beheer en onderhoud als het groot onderhoud. Uiteraard houden we zo goed mogelijk rekening met aspecten zoals risico’s, maatschappelijke en gebiedsspecifieke factoren, politiek en veiligheid. Als er besluiten moeten worden genomen verbind ik de partijen en zorg ik voor draagvlak bij beslissingen die worden genomen. Dat zijn bijvoorbeeld het eigen team, de techneuten, de omgeving en de lokale overheid. Je bent toch een beetje de ‘voordeur’ voor de omgeving. Mijn ervaring als voormalig omgevingsmanager komt daarbij dus ook goed van pas.

Openen en sluiten

De Haringvlietsluizen beschermen het achterland tegen hoog zeewater en voeren rivierwater af naar zee. Het afvoeren van rivierwater gebeurt als de zeewaterstand door eb lager staat dan de waterstand op het Haringvliet, ofwel op natuurlijk verval.

Kuiken: ‘Naast het plannen van onderhoud en het verbinden en betrekken van de omgeving, ben ik ook leider van het team dat de beslissing neemt om de schuiven te openen of sluiten bij calamiteiten. Wanneer we ze openen of sluiten, hangt af van de hoeveelheid water die bij Lobith (Rijn) en Borgharen (Maas) het land binnenkomt. Wanneer de rivierwaterstanden te hoog zijn, voeren de sluizen het extra water af. Gemiddeld gaat 30% van het afgevoerde water in de richting van Kampen naar het IJsselmeer en naar de Nieuwe Waterweg. De overige 70% gaat via de Haringvlietsluizen naar de Noordzee.'

Bij een lage afvoer van rivierwater staan de schuiven dicht om het rivierwater juist vast te houden en verzilting tegen te gaan: als een rivier te weinig tegendruk biedt aan zee dringt zout water ons land binnen.

Op een kier

Sinds november 2018 zijn de Haringvlietsluizen een formele stormvloedkering, omdat we bij vloed de sluizen op een kier zetten en zeewater inlaten. Met name om de migratie van trekvissen als zalm, steur en zeeforel naar paaigebieden stroomopwaarts te faciliteren. Door de kier ontstaat er namelijk een meer natuurlijke overgang tussen zoet en zout water. Sinds het op een ‘kier’ zetten van de Haringvlietsluizen wordt er dus weer enig zout water binnengelaten. Dit wordt continu gemonitord, zodat de zoetwatervoorziening op het Haringvliet niet in gevaar komt.

Het Haringvliet is een beschermd Natura 2000-gebied tot aan Moerdijk. Hier worden plant- en diersoorten die in Europa bedreigd zijn en hun natuurlijke leefomgeving beschermd. Het zoete water is niet alleen belangrijk voor de beesten, vogels en de vissen die in het gebied leven, maar ook voor de productie van drinkwater en de landbouw op de eilanden Voorne-Putten en Goeree-Overflakkee.

En we moeten het water op minimaal NAP-niveau houden voor de binnenvaart van Rotterdam en Antwerpen en voor de zeevaart naar Moerdijk.

Memorabele momenten

Voor Kuiken persoonlijk waren er meerdere memorabele momenten, onder andere met bekende personen en incidenten: ‘Het ontvangen van de minister van Cultuur voor de uitreiking van de Rijksmonumentenstatus in 2016 en de veiligheidsaudits vanwege de komst van de Amerikaanse president Obama naar Den Haag zijn me echt bijgebleven. Net als sommige incidenten, waaronder die met de basculebrug in de N57.

De brugkleppen waren voorzien van nieuwe bediening en besturing. De brug was geopend voor een viskotter en door een technische storing aan de sensoren kwam de brugklep bij het sluiten in een vrije val terecht, met forse schade aan het elektromechanische bewegingswerk. Bij dit incident zijn er gelukkig geen gewonden gevallen. Kuiken: ‘Wel heb ik de enorme slagkracht van de Rijkswaterstaat organisatie ervaren bij het oplossen van de storing en het repareren van de schade’.

Nooit saai

Het is echt nooit saai’, zegt Kuiken. ‘Storm, wind en regen, hoog zeewater door harde wind en springtij, maar ook afgereden slagbomen bij de bruggen en schadevaringen maken we hier mee.

De mooiste momenten vindt Kuiken de momenten waar de Haringvlietsluizen voor gebouwd zijn: het beschermen van het achterland tegen overstroming en het zeewater buiten de deur houden. ‘We worden alert bij een combinatie van springtij met harde noordwesten wind. Hiervoor zijn de Haringvlietsluizen gebouwd. Als automobilist heb je het niet echt door als je over de Haringvlietdam/N57 rijdt, maar het zeewater klotst meerdere keren per jaar met +3 m t.o.v. NAP over de zeeschuiven. Het water in het Haringvliet staat dan op +0,80 m t.o.v. NAP.

Naast het beschermen van het achterland tegen hoog zeewater, wordt er dagelijks rivierwater (van de Maas en de Rijn) gespuid naar zee. Begin juli 2021 had Limburg te kampen met overstromingen, en moesten de Haringvlietsluizen 7.000 m3 per seconde aan rivierwater afvoeren bij eb.

De toekomst

De Haringvlietsluizen zijn dus multifunctioneel. Ze zijn gebouwd voor het keren van zeewater, het spuien van rivierwater en sinds kort staan de sluizen ook regelmatig op een kier. Het sluizencomplex is gebouwd om zeker 100 jaar mee te gaan.

Kuiken: ‘We zitten nu op de helft. Het is onze taak in stand te houden wat we hebben.’ Komende jaren staan in het teken van groot onderhoud. Alle 34 stalen schuiven zullen opnieuw worden geconserveerd. Het is tevens een goede gelegenheid om alle 36 machinekamers onder handen te nemen en de bewegingswerken waar nodig te reviseren, net als de bediening en besturing. ‘Het doel is om de Haringvlietsluizen rond 2033 weer zo goed als nieuw te hebben. Door goed onderhoud uit te voeren, kunnen de Haringvlietsluizen nog zeker 50 jaar mee.