Interview

Een warm welkom voor het waterleven

Gepubliceerd op: 19 oktober 2021, 12.31 uur - Laatste update: 13 december 2023, 12.13 uur

Hoofddoel van het project Ooijen-Wanssum was hoogwaterveiligheid. Het vers heringerichte gebied bewees bij het hoogwater van juli 2021 meteen glansrijk zijn waarde. Tegelijkertijd is hier een compleet nieuw wetland ontstaan met alle ruimte voor riviernatuur.

Daarbij wordt van het ecologisch waardevolle kwelwater maximaal gebruikgemaakt. Dat wordt duidelijk in gesprek met John Lucassen, technisch adviseur bij het projectbureau Ooijen-Wanssum.

Dit deel van de Zandmaas heet ook wel de terrassenmaas. De rivier heeft het dal hier in de loop van de tijd steeds dieper uitgesleten, waardoor de kenmerkende lagenstructuur, de terrassen, in de uiterwaarden is ontstaan’, vertel Lucassen. ‘Kwelwater stroomt vanaf de hogere zijgronden richting de Maas. Dat water heeft tientallen, en soms wel duizenden, jaren door de bodem gereisd. Het heeft daarbij onderweg voedingsstoffen als stikstof en fosfaten verloren, en mineralen opgepikt. Dit type water is heel zuiver en vormt een ideale leefomgeving voor inheemse waterplanten en -dieren.

Hoge kweldruk

De kweldruk blijkt hier zo groot, dat er zelfs in droge periodes natte plekken in de drooggevallen waterlopen opkomen. ‘Dit verschijnsel betekent dat ook in de hoogwatergeulen kwelinvloeden merkbaar zullen zijn. Die hoogwatergeulen staan direct in verbinding met de Maas. Bij lage en normale afvoeren drukt het kwelwater het Maaswater als het ware steeds verder weg. Dus ook het ecosysteem in die geulen heeft voordeel van dit hogekwaliteitswater.

‘Het water en het landschap waren leidend’

Aanleg hoogwatergeul Ooijen en zuidelijk deel Oude Maasarm, najaar 2020 Foto: © Johan Roerink/Projectbureau Ooijen-Wanssum

DNA

De hoofdopdracht bij Ooijen-Wanssum was om te zorgen voor een betere bescherming tegen overstromingen. Concreet levert het project 35 cm waterstandsdaling bij maatgevend hoogwater op. Alle partijen stelden zich vanaf het begin als doel om die opgave, passend bij het DNA van de terrassenmaas, te verwezenlijken. Volgens het uitgangspunt 'water is bepalend, landschap leidend en economie en leefbaarheid profiteren mee'.

De onafhankelijke experts bewaakten al vanaf de prilste planvorming, dat dit principe de juiste doorvertaling in de praktijk kreeg. Zij stuurden waar nodig bij. Het resultaat: geen systeemvreemde ingrepen, maar alleen reliëfvolgend ontgraven van de historisch gevormde hogere en lagere delen in de weerd. Alle wateren hebben een diepte tussen de 0,1 en 2,5 m gekregen en zijn afgewerkt met flauw oplopende oevers. Bij elkaar opgeteld zo'n 25 km aan natuurvriendelijke oevers langs kwel- en hoogwatergeulen.

Geulen, plassen en kreekjes

We hebben maar een minimale laag weggehaald. Eigenlijk zoals archeologen doen. De laagtes vullen zich vervolgens met kwel- of Maaswater. Het gaat dan over de gerevitaliseerde Oude Maasarm en de 2 hoogwatergeulen bij Ooijen en Wanssum. Alleen de uitstroomopening van geul Ooijen is met 3 m iets dieper. Verder liggen er nog verschillende kleinere waterlopen, plassen en kreekjes in het gebied. Zo is 95% van het water dat we hier hebben gemaakt te beschouwen als KRW-water.

'95% van het water hier is eigenlijk KRW-water'

Extraatje

De Kaderrichtlijn Water-doelen zijn is van meet af aan meegenomen in het project, als taak vanuit het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, een van de initiatiefnemers en financiers. Maar ook los daarvan zou Ooijen-Wanssum KRW-proof zijn geworden, aldus Lucassen: ‘Dat gebeurt bijna automatisch als je het landschappelijke DNA steeds als basis aanhoudt. Dan komt de leefomgeving van de kenmerkende Maassoorten vanzelf terug.

Het team KRW Maas van Rijkswaterstaat Zuid-Nederland heeft hier nog een extraatje toegevoegd. 20 van de bomen die moesten wijken bij de herinrichting, zijn als nuttig rivierhout opnieuw gebruikt in de beide hoogwatergeulen. Daar liggen ze stevig vastgemaakt, om als een soort rivierkoraalrif te werken voor algen, wieren, vissen en macrofauna. Dat speelt een belangrijke rol in de voedselketen onder water.

Vers vastgemaakt rivierhout in hoogwatergeul Wanssum, in een nog dichte geul Foto: © John Lucassen

Zwarte ooievaar

Hoe verwacht je dat de natuur zich gaat ontwikkelen? Lucassen: ‘Dat is altijd moeilijk te voorspellen. Er is zo'n verscheidenheid aan waterpartijen en –bodems, dat je mag verwachten dat er ook veel verschillende planten en dieren gaan komen.'

'Hoogwatergeul Ooijen heeft een droge, zandige bodem met hier en daar wat grind. Daar horen soorten als sikkelklaver en zacht vetkruid bij. De noordelijke geul bij Wanssum is kleiiger en waaiert uit in een systeem van kreekjes. Op die voedselrijkere bodem zal de begroeiing sneller opschieten.'

'De bevers van Ooijen-Wanssum mogen trouwens voorlopig naar hartenlust knagen aan het hout; het rekening houden daarmee, zat al in de ontwerpen. Natuurlijk bepaalt ook het beheer voor een groot deel hoe de natuurontwikkeling verloopt. De 3 grondeigenaren, Provincie Limburg, Staatsbosbeheer en Rijkswaterstaat, staan daarvoor aan de lat.'

'In de tussentijd zijn de eerste visarenden en zelfs de zwarte ooievaar al vliegend boven het gebied gesignaleerd. Echte icoonsoorten. Nog niet broedend, maar deze visetende vogels zijn een duidelijk signaal dat het nieuwe water in Ooijen-Wanssum al volop tot leven begint te komen.'

Rechts, met geel hesje: John Lucassen, technisch adviseur Projectbureau Ooijen-Wanssum. Links: Tom Violier, eco-engineer cluster KRW Maas Rijkswaterstaat, met op de achtergrond hoogwatergeul Wanssum. Foto: © Rijkswaterstaat/John Lucassen

Gebiedsontwikkeling Ooijen-Wanssum in het kort

Hoofddoelen:

  • bescherming tegen hoogwater, met een kans op overstroming van eens in de 250 jaar
  • 35 cm waterstandsdaling bij maatgevend hoogwater
  • ontwikkelen natuur en landschap
  • vergroten leefbaarheid in Wanssum
  • ruimte voor nieuwe economische ontwikkelingen.

Bij het extreme zomerhoogwater van juli 2021 bewees het pas opgeleverde project direct zijn waarde. Alle geulen, de gerevitaliseerde Oude Maasarm en aangelegde dijken deden wat ze moesten doen. Ze droegen in belangrijke mate bij aan het veilig afvoeren van de watermassa.

Maatregelen:

  • revitalisering Oude Maasarm
  • aanleg hoogwatergeulen Ooijen en Wanssum
  • maaiveldverlaging
  • aanpassen/aanleggen 2.800 m harde kade en 18.850 m groene kade langs de Maas en rond kernen
  • verwijderen oude kades in onder andere Oude Maasarm
  • aanleg infrastructuur zoals nieuwe bruggen en wegen.

Totale grootte Maaspark: ruim 500 ha

  • Initiatiefnemers: Provincie Limburg, ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, gemeente Horst aan de Maas, gemeente Venray, waterschap Limburg
  • Uitgevoerd door: Combinatie Mooder Maas (Dura Vermeer + Ploegam)
  • Start werkzaamheden in 2017 en oplevering volgens planning december 2020.
  • Meestroomfrequentie hoogwatergeul Ooijen gemiddeld 4 dagen/jaar vanaf een afvoer 1300 m3/s
  • Meestroomfrequentie hoogwatergeul Wanssum gemiddeld 1x/jaar vanaf een afvoer 1800 m3/s
  • Meestroomfrequentie Oude Maasarm: gemiddeld 1x/10 jaar, vanaf een afvoer van 2300 m3/s
  • Oppervlakte ondiep water: ongeveer 50 ha (met al bestaande plassen van natuurgebied ’t Sohr van Staatsbosbeheer)
  • Lengte natuurlijke Maasoever (ontstenen): 2,7 km
  • Lengte natuurvriendelijke oevers langs kwel- en hoogwatergeulen: ruim 25 km (met bestaande plassen van klimaatbuffer ’t Sohr van Staatsbosbeheer)