Interview

Blik van de bewoner op Marken: Peter Grubben

Gepubliceerd op: 26 juni 2025, 08.56 uur

Peter Grubben is vanuit de werkgroep Natuur en milieu van de Eilandraad betrokken bij de dijkversterking op Marken. Hij is inwoner van Marken én ecoloog van beroep.

‘Onze werkgroep Natuur en milieu denkt mee met Rijkswaterstaat en de aannemer over de dijkversterking. Wij hebben voorgesteld om de oeverzwaluwwand hier bij de Bukdijk te plaatsen en er een vogeluitkijkpunt bij te zetten. Heel goed dat die ook écht gemaakt worden.’

Bukdijk

‘De Bukdijk is een schitterend gebied, een unieke wildernis. Wist je dat er in de plas hiernaast in de winter wel tienduizenden vogels zijn, zoals kuifeenden en smienten? Dat is echt bijzonder hoor. Ook zie je hier kleine zwanen. De vogels trekken soms over de Bukdijk naar de andere kant van het water. In de toekomst loop je vanuit de nieuwe picknickplaats zo door naar het uitkijkpunt om al die pracht te aanschouwen.’

Nieuw leven

‘Onze werkgroep dacht ook mee over de oevers van de dijk. Op een aantal plekken aan de binnenzijde van de dijk komen natuurvriendelijke oevers. Rommelige overgangen waar de zon goed het water in kan schijnen. Aan de buitenzijde komen hier en daar kleine stenen richels die voor luwte zorgen. Dat zijn geschikte paargebieden voor vissen. Zo ontstaat er nieuw leven bij deze dijk.’

Klei

‘Niet alles is gelukt. Ik ijverde zelf voor andere grondsoort aan de binnenzijde van de dijk. Klei met zand, wat kansen biedt op een meer diverse natuur. Er komt uiteindelijk gewoon erosiebestendige klei. De versterkte dijk moet in de eerste plaats veiligheid bieden. Veel Markers hebben daar jarenlang op gehamerd. Dat begrijp ik wel. Toen het water hier zo hoog kwam, was ik echt onder de indruk van wat ik zag. Het is toch een kleine badkuip waarin we met z’n allen wonen.’

Geluk

‘Natuur is belangrijk voor het geluk van mensen. Hier op Marken kun je de natuur zo mooi beleven. Dat besef is er ook bij de andere inwoners. Onze werkgroep heeft eerder een natuurexcursie georganiseerd en die was razend populair. Dat gaan we in de toekomst weer doen.’