Nieuwsbericht

Programmatische Aanpak Grote Wateren Lauwersmeerdijk; start grootschalig onderzoek onderwaternatuur

Gepubliceerd op: 17 november 2021, 16.53 uur - Laatste update: 21 oktober 2022, 12.54 uur

Op 8 november 2021 zijn de eerste harde structuren bij de Lauwersmeerdijk te water gegaan, de start van een pilot voor het verzachten van de randen van de dijk. Een unieke proef in de Waddenzee, waar de komende 3 jaar getest wordt hoe de onderwaternatuur bij de voet van de dijk het best verrijkt kan worden.

Hiervoor zijn 10 verschillende rif-elementen en getijdepoelen geplaatst. De inzichten uit deze pilot worden gebruik om de waterkwaliteit en natuur in de Waddenzee te verbeteren, zodat het ecosysteem zich kan herstellen en veerkrachtiger wordt om de effecten van klimaatverandering op te vangen.

Ecologische koppelkansen

Opdrachtgever van deze pilot is waterschap Noorderzijlvest, Rijkswaterstaat is vanuit de Programmatische Aanpak Grote Wateren (PAGW) bij het dijkversterkingsproject tussen Lauwersmeer en Vierhuizergat betrokken. In totaal zijn er 4 ecologische koppelkansen bij het project gedefinieerd. In totaal wordt 25 miljoen in ecologische koppelkansen geïnvesteerd waarvan PAGW 10 miljoen euro bijdraagt. Andere financierders zijn het Waddenfonds en de provincie Groningen.

Riffen en getijdepoelen

Deze pilot is 1 van de 4 ecologische koppelkansen en richt zich zowel op herstel van onderwaternatuur als op natuur in het getijdegebied. Marien ecoloog Lies van Nieuwerburgh van Rijkswaterstaat Noord-Nederland legt uit wat er te water is gegaan: ‘Er zijn in totaal 10 soorten riffen geplaatst waarvan 2 soorten getijdepoelen. De riffen, zijn afkomstig van verschillende constructeurs. Elk rif heeft een andere vorm, constructie, gelaagdheid en ruwheid van het oppervlak en in sommigen is ook natuurlijk materiaal in de vorm van schelpen verwerkt.

Onderwaterstructuren vergroten biodiversiteit

De harde structuren, riffen, zijn bedoeld om het onderwater- en getijdeleven bij en rond de nu soortenarme dijk te verrijken en om daarmee de overgang van wad naar land te verzachten. De riffen vormen aanhechtingsplaats voor verschillende soorten zoals wieren, weekdieren (bijv. anemonen), schelpdieren (bijv. mosselen en oesters) en vergroten daarmee de habitatdiversiteit ter plaatse waardoor de biodiversiteit en de productiviteit toeneemt. De getijdenpoelen zijn uitermate geschikt als voedselplek voor vogels. De onderwaterstructuren vormen bovendien een schuil-, rust-, foerageer- en misschien ook wel paaiplaats voor vissen.

Wetenschappelijk onderzoek – Welke structuur is het meest geschikt?

Om uit te zoeken welke structuren het meeste geschikt zijn voor welke soorten en de inheemse planten en dieren van de Waddenzee het beste bedienen, wordt de pilot gedurende 3 jaar wetenschappelijk gevolgd door Van Hall-Larenstein en de Rijksuniversiteit Groningen. De structuren worden in drievoud en op verschillende dieptes geplaatst, zodat er ook een statistische analyse kan plaatsvinden. Na 3 jaar moet blijken welke structuren het beste passen bij het Waddenzee ecosysteem en in de realisatiefase kunnen worden opgeschaald wanneer de dijk versterkt wordt.

Belangrijke info voor toekomstige projecten

De informatie van deze pilot kan ook elders toegepast worden in projecten. Lies van Nieuwerburgh: ‘Denk aan het PAGW project verzachten van de randen tussen Koehool-Lauwersmeer gekoppeld aan dijkversterking van Wetterskip Frysân. Daar moet ca 50 km dijk versterkt worden. Bij ca 25 km klotst het water aan de kunstmatige dijk, dat zijn juist geschikte locaties om te onderzoeken of ook hier riffen kunnen worden aangebracht om de onderwaternatuur te verrijken. Ook bij andere kunstmatige, harde structuren in de Waddenzee zoals strek- en veerdammen zou het kunnen en daarmee kan de biodiversiteit van de Waddenzee worden verhoogd.

Andere ecologische kansen

Andere gedefinieerde ecologische koppelkansen om de overgang tussen wad en dijk te verzachten bij de Lauwersmeerdijk zijn de aanleg van een kwelder, de aanleg van vismigratie en een binnendijks zoet-zout overgangsgebied. Voor deze maatregelen is een pilot niet nodig en wordt momenteel een detaillering van de plannen gemaakt.

Alle 4 de maatregelen versterken elkaar en zorgen voor een ecologische plus voor de Waddenzee. Zo wordt een binnendijks gebied van 70 ha toegevoegd waardoor de Waddenzee meer ademruimte krijgt en er een overgangsgebied ontstaat. Deze wordt voorzien van een vismigratiemogelijkheid waardoor verschillende trekvissen naar het achterland kunnen trekken. De kwelder wordt zo natuurlijk mogelijk ontwikkeld. Hierdoor ontstaan geulen op een natuurlijke manier en kunnen als kinderkamerfunctie voor vis dienen. De vis die opgroeit in de kweldergeulen kan daarna verder trekken of foerageren bij de dijk. 

Werken aan een levende Waddenzee

Met de ecologische koppelkansen vanuit PAGW vergroten we de biodiversiteit, dragen bij aan de wettelijke doelen voor natuur en waterkwaliteit en vergroten daarmee de veerkracht van de natuur om de effecten van klimaatverandering op te vangen. Dit doen we in dit dijkversterkingsproject door de overgang tussen water en land minder abrupt te maken, leefgebied toe te voegen en de connectiviteit te vergroten.

Dit is belangrijk voor de kwaliteit van onze leefomgeving en het schept ruimte voor economische ontwikkeling. Waar mogelijk wordt deze opgave gekoppeld aan andere maatschappelijke opgaven. Dit project is een mooi voorbeeld waarbij het rijk samenwerkt met regionale overheden en maatschappelijke organisaties. Het waterschap Noorderzijlvest en provincie Groningen zijn hierbij in de lead.

Investeringsprogramma

De Programmatische Aanpak Grote Wateren (PAGW) is een investeringsprogramma van de ministeries van Infrastructuur en Waterstaat en Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit om de waterkwaliteit te verbeteren en de natuur te versterken. Rijkswaterstaat, Staatsbosbeheer en RVO realiseren in opdracht van de ministeries de afgesproken maatregelen. De leveranciers van de elementen zijn ECOncrete Tech, Reefsystems en Moreef.