Interview

Vogels tellen van grote hoogte: ‘Op een dag tel ik 100.000 tot 150.000 vogels’

Gepubliceerd op: 8 december 2020 - Laatste update: 8 december 2020, 09:41

Al 40 jaar gaat hij maandelijks op pad om vanuit een vliegtuig vogels te tellen bij de grote rijkswateren. Maar wat komt daar allemaal bij kijken? Mennobart van Eerden, ecoloog en senior adviseur Waterkwaliteit en Natuurbeheer bij Rijkswaterstaat, vertelt er meer over.

Jaarlijks worden voor het landelijk Netwerk Ecologische Monitoring (NEM) vogels geteld. Vanuit Rijkswaterstaat als beheerder van de grote rijkswateren doe ik vogeltellingen bij het Markermeer, IJsselmeer en het IJmeer. Zo houden we grip op wat er in die gebieden gebeurt.

Vogels als graadmeter van de natuur

Er wordt al geteld vanaf de jaren 60’, vertelt Van Eerden. ‘Natuurbeheerders wilden weten wat de rol is van Nederland voor overwinterende vogels. Later kwamen daar ook de broedvogels bij. Het besef groeide dat vogels een belangrijke graadmeter zijn voor de staat van de natuur. Als er bijvoorbeeld weinig vogels zijn in een gebied, dan kan dat betekenen dat er weinig voedsel is door een lage visstand. Om het welzijn van de vogels in kaart te brengen, moest er een centraal punt komen voor al deze informatie. Zo ontstond het NEM.'

Specifieke telgebieden

We selecteren de gebieden waar we tellen op basis van de Vogel- en Habitatrichtlijn. Daaruit blijkt welke gebieden cruciaal zijn voor vogels. Deze gebieden verdelen we onder in telgebieden, zodat de informatie uit de tellingen niet overlapt en we een duidelijke structuur hebben voor wie in welk gebied telt.'

Vervolgens vinden de tellingen binnen een kort tijdsbestek plaats. Als er namelijk te veel tijd zit tussen de waarnemingen, dan zijn deze niet meer betrouwbaar. Mocht er dus een dag onderbreking zijn door vorstinval of onvoorziene omstandigheden, dan moeten we weer opnieuw beginnen. Toch houden we ook rekening met een zekere marge. Bij de telling gaat het niet over 1 vogel meer of minder, maar om een inschatting van hoe de populatie zich ontwikkelt.

Grootschalige inzet voor vogeltellingen

Een aantal professionals en meer dan tienduizend vrijwilligers vanuit de vereniging Sovon Vogelonderzoek Nederland gaan op pad om te tellen. Afhankelijk van het gebied kan een vrijwilliger of professional de telling doen. ‘Zo tel ik de vogels uit de gebieden die alleen bereikbaar zijn met het vliegtuig. Denk aan gebieden als het Markermeer, het IJmeer en het IJsselmeer. Het gaat dan al snel om 200.000 ha aan watergebied, met daarin rond de 100.000 tot 150.000 vogels, afhankelijk van het seizoen.'

De vrijwilligers nemen de kwelders en kleinere gebieden voor hun rekening. Met name in januari, is een goede inzet noodzakelijk. Deze telling is bepalend voor de populatie-inschatting.

Opperste concentratie

Het tellen van vogels vanuit een vliegtuig vraagt behoorlijk wat energie en concentratie. ‘Met zo’n telling zit ik 7 uur in het vliegtuig om vogels te tellen met een verrekijker. Waarvan zeker 25 soorten op een dag de revue passeren. In de nazomer kan dat zelfs naar 50 vogelsoorten gaan. Daar komt bij dat je de vogels normaliter van opzij ziet en ze zo ook in de boekjes staan. Als je dus van bovenaf vogels telt, is het nog lastiger om ze te herkennen.Daarnaast is het telgebied inmiddels veel ingewikkelder door de aanleg van natte gebieden binnendijks en nieuwe natuur, zoals vooroevers en bijvoorbeeld de ontwikkeling van de Marker Wadden.

Ondertussen stem ik continu af met de piloot. De snelheid en precieze beweging van het vliegtuig is namelijk bepalend voor de waarnemingen die ik kan doen. Daarom mindert de piloot geregeld de vaart of zet hij de motor van het vliegtuig tijdelijk bijna uit, zodat ik net voldoende tijd heb om te tellen en scherpe foto’s te maken. We zweven dan heel kort tegen de wind in. Vlak voordat het vliegtuig te veel dreigt te dalen, trekt de piloot weer gauw op.

Ecologische interpretatie van de vogeltelling

Zodra alle telinformatie compleet is, geef ik ook mijn ecologische interpretatie van de resultaten mee aan de beheerder, in dit geval Rijkswaterstaat Midden Nederland. Zo voorzien wij anderen in hun kennis- en strategiebehoefte. Wanneer bijvoorbeeld het aantal vogels af lijkt te nemen, proberen we te begrijpen waarom dit gebeurt. Komt dit bijvoorbeeld door gebrek aan voedsel of vervuiling in de leefomgeving? Vervolgens kijken de waterbeheerders samen met onderzoekers in dat gebied wat daaraan gedaan kan worden en of er actie nodig is.’ Samen werken wij dus aan het Nederland van overmorgen.

Risico’s van het vak

Toch blijft het elke keer weer spannend of er een geslaagde teldag in het verschiet ligt. ‘We houden de weersvoorspelling altijd goed in de gaten als we gaan vliegen. Alleen kun je niet alles van tevoren voorspellen. Zo is er midden op het IJsselmeer geen Meteo en zijn dus ook de weersomstandigheden moeilijk in te schatten. Je moet voorkomen dat je vertrekt van het vliegveld bij Lelystad en je halverwege vastloopt door opdoemende mist. Je vliegt dan als het ware in een pak melk. Op zo’n moment kun je weer terug en moet de telling worden afgebroken.'

Verder maken we ook situaties mee waarin het weer zo omslaat dat we niet meer kunnen landen op het vliegveld waar we in eerste instantie zouden landen. Dat is best even spannend, want je wilt de vlucht toch tot een goed einde brengen.

Verbluffende vergezichten

Ondanks dat de vogeltelling een pittige klus is, levert het tellen vanuit een vliegtuig ook verbluffende vergezichten en prachtig beeld op. ‘In al die jaren dat ik nu vlieg, heb ik geweldige natuurfoto’s mogen maken. Zo heb ik door vogels vervaardigde nesten gefotografeerd die eruitzagen als ware kunstwerken.'

Ondieptes, waterstroming en ijs zijn ook fantastisch vanuit de lucht. Soms zijn er momenten waarop het water zo helder is, dat je zelfs vissen kunt zien. Éénmaal heb ik vissen zelfs boven water zien uitkijken. Dat moeten de grote houtingen op het Enkhuizerzand geweest zijn.