‘Met man en macht gewerkt aan herstel sluis Schijndel’
Eind november 2025 raakte sluis Schijndel beschadigd door een aanvaring met een binnenvaartschip. Binnen twee weken was de schade hersteld en ging de sluis weer open. ‘Er is met man en macht gewerkt aan het herstel. Een groot compliment voor de aannemer en onderaannemers.’
Een binnenvaartschip dat tegen een sluis aanvaart, heeft veel impact. Op Rijkswaterstaat, op de scheepvaart en op bedrijven die afhankelijk zijn van die scheepvaart. Ook bij sluis Schijndel, die de haven van Veghel verbindt met de Maas, speelt dat een rol. Het belang om de schade zo snel mogelijk te herstellen, is steeds groot.
‘Bij een calamiteit als deze gaat onze eerste aandacht uit naar de schepen die voor de sluis vastliggen’, vertelt Mark Wijkniet, omgevingsmanager bij Rijkswaterstaat. ‘Gelukkig konden we de sluisdeuren heel voorzichtig bewegen, waardoor die schepen toch allemaal binnen twee dagen door de sluis konden varen.’
Schade-onderzoek
Daarna startten we een onderzoek om te bepalen hoe groot de schade was. ‘Dat hebben we opgepakt met Van Doorn Geldermalsen, de aannemer die verantwoordelijk is voor het onderhoud aan de Brabantse kanalen,’ vertelt Maurice Meijer, contractmanager bij Rijkswaterstaat. ‘Van Doorn heeft hiervoor ook diverse onderaannemers ingeschakeld.’
Tijdens het onderzoek zijn de beschadigde sluisdeuren drooggezet, zodat ze geïnspecteerd konden worden. Naast een visuele inspectie, is er ook een 3D-scan gedaan. Die moest uitwijzen of de deuren niet krom waren getrokken door de aanvaring. ‘Dat bleek gelukkig niet het geval,’ vertelt Wijkniet. ‘Maar er bleken wel scheuren te zitten in de consoles – een soort sokkels – waarop de aandrijfmotoren van de sluisdeuren staan.’
Midden in de nacht
De consoles moesten worden vervangen. Maar waar halen we die zo snel vandaan? ‘Dat was een flinke uitdaging,’ vertelt Meijer. ‘De oorspronkelijke leverancier bestond niet meer. Gelukkig wist een collega bij Van Doorn – een oude rot in het vak – dat ze in Duitsland nog gemaakt werden. Daar hebben we ze dus besteld.’
Wijkniet vervolgt: ‘De aannemer heeft echt z’n best gedaan om dit allemaal zo snel mogelijk te regelen. Toen de verkeerde consoles geleverd waren, zijn ze midden in de nacht op en neer gereden naar Duitsland om de juiste exemplaren te halen. Die betrokkenheid waarderen we enorm.’
Van de nood een deugd maken
Het herstel van de sluis werd ook aangegrepen om andere werkzaamheden op te pakken. ‘Zo is er een ondersabeling aangebracht en zijn de deuren boven het waterpeil schoongemaakt,’ geeft Meijer aan. ‘Daarmee hebben we van de nood een deugd gemaakt.’
Ook keken we naar kritieke en niet-kritieke schade. ‘Kritieke schade – zoals de consoles – moesten we herstellen om de sluis weer in werking te kunnen stellen,’ vertelt Meijer.
‘Bij niet-kritieke schade is de tijdsdruk minder hoog. Bij de aanvaring is bijvoorbeeld ook een motor kapotgegaan die een van de schuiven op de sluisdeur bedient. Maar omdat de drie andere motoren het nog wel doen en de deuren daarmee ook open en dicht gaan, herstellen we dit later. Ook schade aan de leuning en het bordes pakken we later aan.’
Groot compliment
Die slimme keuzes en de hechte samenwerking met de aannemer hebben ervoor gezorgd dat de sluis binnen twee weken weer kon worden opengesteld. ‘Iedereen heeft in die twee weken heel hard gelopen,’ geeft Wijkniet aan.
‘De aannemer en een hele rits aan onderaannemers hebben met man en macht ’s avonds en in de weekenden, zowel voor als achter de schermen, gewerkt aan het herstel. En hun reguliere werk moeten uitstellen. Dat is een groot compliment waard.’