Reikhalzend uitkijken naar de nieuwe Sluis II
Het Tilburgse bedrijf Bressers Metaal ligt aan het Wilhelminakanaal, tussen Sluis II en Sluis III. De aanvoer van het metaal gebeurt grotendeels over water. Hoe kijkt het bedrijf aan tegen een nieuwe Sluis II en de hinder van de bouw die straks plaatsvindt? Directeur Daan Bressers vertelt.
Even een sprong terug in de tijd. We schrijven over 1893. Martinus Bressers richt de firma Johan Bressers op voor zijn zoon Johan. In de decennia erna gaat het bedrijf steeds van vader op zoon.
Anno 2025 staat alweer de vijfde generatie Bressers aan het roer. Samen met zijn achterneef bestiert Daan Bressers het metaalbedrijf met zo’n zestig medewerkers op industrieterrein Vossenberg.
Klaarmaken voor de bouw
Het bedrijf is een voorraadhoudende groothandel in met name constructiestaal en levert dit onder andere aan de staalbouw.
Bressers: ‘Wij kopen onder andere de stalen balken in bij de walswerken. Deze leveren wij vervolgens, al dan niet bewerkt, aan de staalverwerkende industrie en bouw. We korten de balken in, verwijderen met staalstralen de walshuid, dat is een blauwzwarte oxidelaag, zodat ze blank zijn voor coating en bewerken op verzoek de balken met primer. Ook kunnen we de balken geschikt laten maken voor afwatering, dat noemen we ‘knikken’, en laten verzinken. Het is maar net wat de klant wenst.’
Veel per schip
Het overgrote deel van het staaltransport gaat per schip over het Wilhelminakanaal. Bressers legt uit waarom.
‘Schepen kunnen meer gewicht, volume en langere balken vervoeren dan vrachtwagens. Dat is een groot voordeel. De schepen kunnen bovendien hun vracht rechtstreeks vanaf het schip bij ons lossen: we hebben een eigen haven en kade, met drie hallen direct met kraan aangesloten aan het water.’
Groter aanbod, meer vracht
Bressers kijkt uit naar de vernieuwing van Sluis II. ‘Nu kunnen alleen middelgrote vaartuigen, klasse II-schepen, ons bereiken. Maar daar zijn er steeds minder van. Als Sluis II is vernieuwd, zijn we ook bereikbaar voor de grotere klasse IV-schepen. Dat heeft enorme voordelen.’
‘Er is een grotere variëteit aan vaartuigen die ons kunnen bereiken. En, minstens zo belangrijk, de grote boten kunnen meer vracht kwijt en zijn in verhouding goedkoper dan de kleinere.’
Bredere kade
Met het oog op de toekomst verdubbelde het bedrijf zeven jaar geleden de kadelengte van 110 naar 220 m, zodat alle aangesloten hallen met een Klasse IV schip zijn te bereiken. ‘Op deze manier kunnen we grotere volumes op een efficiëntere manier verwerken.’
Vrachtwagens tijdens stremming
Toch zal het bedrijf even door de zure appel moeten heen bijten als straks de bouw van de nieuwe sluis begint. ‘De bouwperiode heeft een behoorlijke impact op ons bedrijf, want er is dan een lange periode geen scheepvaart mogelijk,’ legt Bressers uit.
Natuurlijk ligt er al een plan klaar. ‘We stappen over op vrachtverkeer. Niet ideaal, want minder mogelijkheden in volume, gewicht en balklengte, maar tijdens de stremmingsperiode wel noodzakelijk en overkomelijk.’ Wat daarbij meespeelt is dat hij alle vertrouwen heeft in Rijkswaterstaat als het gaat om hindercommunicatie.
‘Mijn ervaring daarmee is tot nu toe erg goed: wij worden volop betrokken bij wat er gebeurt. De informatie is steeds snel en volledig.’
Maawmuur als boegbeeld
Tekenend voor het oer-Tilburgse bedrijf is de adoptie van de Maawmuur, een immens kunstwerk op het Willemsplein dat ruimte moest maken voor het nieuwe Stadsforum.
Nadat de in stukken gezaagde muur naar de opslag was gebracht, benaderde de stichting Reeshof VerbindT Bressers met het verzoek om de Maawmuur een nieuwe plek te geven langs het Wilhelminakanaal. De voorbereidingen daarvoor zijn in volle gang.
‘We aarzelden geen moment,’ aldus Bressers. ‘Wij zien het als een mooi gebaar om dit ‘verweesde’ kunstwerk op ons terrein aan het water te plaatsen. Bovendien is de Maawmuur helemaal gemaakt van cortenstaal en daarmee een prachtige blikvanger voor een bedrijf als het onze!’