Interview

Het kustwerk van Boskalis: ‘Never a dull moment’

Gepubliceerd op: 26 mei 2021, 12.33 uur - Laatste update: 9 april 2024, 12.19 uur

In een laaggelegen land als Nederland is de strijd tegen het water al eeuwenoud en tegelijkertijd nog steeds actueel. Dat wij droge voeten houden, is zeker geen zekerheid. Daar mogen we de helden van het programma Kustlijnzorg voor bedanken.

In de rubriek ‘Held achter de held’ laten we je graag kennismaken met deze kustbeschermers. Deze keer: Irene Glaser, projectmanager bij Boskalis. Ze vertelt over de impact van de coronacrisis op het kustwerk van Boskalis en ‘het nieuwe varen’ bij de suppleties voor de kust van Texel.

Hoi Irene, wat is je rol bij Boskalis?

Ik ben projectmanager en tendermanager. In de praktijk betekent dit dat ik voornamelijk betrokken ben bij de voorbereiding en uitvoering van onze projecten. Vergunningen controleren, schepen reserveren en een projectteam samenstellen. Bij suppleties meld ik alle betrokkenen waar en wanneer we zand ophalen. Als tendermanager ben ik in het uitvraagproces al betrokken. Samen met mijn team maak ik offertes voor projecten rondom onder andere kustbescherming. Zo hebben we laatst nog een tender gewonnen voor een groot kustbeschermingsproject bij Texel. Hier doen we nu zowel vooroever- als strandsuppleties.

Vooral het reserveren van een schip is in drukke tijden best een uitdaging

Wat zijn de uitdagingen bij zo’n suppletieproject?

Vooral het reserveren van een schip is in drukke tijden best een uitdaging. We beschikken over een omvangrijke vloot aan baggerschepen waaronder zo’n 20 zogenoemde sleephopperzuigers. Dit zijn de boten die we inzetten bij suppleties. Deze varen in binnen- en buitenland. Je moet dus op tijd reserveren. Maar de natuur kan roet in het eten van de planning gooien. Een schip kan in Scandinavië liggen en te maken krijgen met noodweer, waardoor zij te laat in Nederland aankomt. Dan staat er een heel projectteam te wachten. Hier moet je zoveel mogelijk op voorbereid zijn. Het blijft dynamisch werk.

Is het werk moeilijker geworden door de coronacrisis?

Covid-19 heeft zeker invloed op ons werk gehad. In maart 2020 stopte al het vliegverkeer. Veel van onze medewerkers zaten toen in het buitenland. Die moesten soms lang op zee blijven voor we vluchten voor ze konden charteren. Het was zaak iedereen zo snel mogelijk weer volgens schema af te lossen. Er is daarna voor onze schepen zo snel mogelijk een nieuw protocol opgesteld; dat steeds wordt geactualiseerd naar de nieuwe regelgeving van de verschillende landen.

Als er nu mensen aan boord afgelost worden, zoals afgelopen week bij Texel, gaat de nieuwe bemanning eerst een week in thuisquarantaine. Vervolgens verblijven ze nog 2 dagen in een speciaal “coronahotel”. Hier worden ze getest. Pas bij een negatieve testuitslag gaan ze aan boord.

Hoe voldoen jullie aan de duurzaamheidsdoelstellingen van Rijkswaterstaat?

Bij Texel varen we onze schepen op een duurzamere manier, met de stroming mee. Daarbij geven we minder snel gas en verbruiken daardoor minder brandstof. Snelheid is niet meer het belangrijkste in ons werk. Bewust varen staat nu centraal waardoor we maar 70% van ons vermogen gebruiken. Daarnaast hebben we voor dit project onze sleephopperzuiger “Freeway” uitgerust met een speciaal Selective Catalytic Reduction-systeem dat de uitstoot van stikstof reduceert. Deze technologie helpt de klimaat- en milieu-impact van het project nog verder te verminderen. Dat vinden zowel Boskalis als Rijkswaterstaat belangrijk.

Dus al die veranderingen houden het werk wel spannend?

Absoluut. 'Never a dull moment', zeggen we hier weleens. Ik werk hier niet voor niets al 30 jaar. Boskalis zit overal, dat zag je afgelopen maart ook wel weer in het Suezkanaal waar we het containerschip de Ever Given hebben vlot getrokken. Dat blijf ik bijzonder vinden. Evenals het kustwerk in Nederland. Je bent betrokken bij de bescherming van ons land. Hierdoor kunnen we allemaal veilig blijven wonen en leven. Dat maakt elk afgerond project wel echt een feestje.