Maatregelen tegen toename van geluid

Wanneer het geluid langs rijkswegen de wettelijke norm dreigt te overschrijden, onderzoeken we maatregelen.

Geluidprobleem aanpakken bij de bron

Het liefst pakken we het probleem bij de bron aan. Een zogenoemde bronmaatregel is dan ook stiller asfalt. Zo gebruiken we tegenwoordig steeds vaker tweelaags Zeer Open Asfaltbeton (zoab). Deze asfaltsoort heeft heel veel kleine gaatjes die het geluid van autobanden dempen.

Dat geluid veroorzaakt het overgrote deel van het verkeersgeluid langs rijkswegen, waardoor stiller asfalt goed kan helpen tegen een toename van geluid. Een ander voordeel van stiller asfalt is dat het geluid aan beide kanten van de rijksweg daardoor minder wordt.

Geluidschermen en -wallen voor minder geluidoverlast

We kunnen het geluid langs rijkswegen ook verminderen door schermen of wallen neer te zetten. Het scherm moet wel hoog, lang en zwaar genoeg zijn om het gewenste effect te bereiken. Het voordeel van een scherm of wal is dat het geluid daarmee sterker kan worden verminderd dan met stiller asfalt, afhankelijk van de hoogte en lengte ervan.

Het nadeel van een scherm of wal is dat het geluid alleen wordt verminderd aan de kant van de rijksweg waar het scherm of de wal staat.

Voor het beste resultaat moet het scherm of de wal zo dicht mogelijk bij de weg staan. In verband met de verkeersveiligheid kan een scherm of wal echter niet pal langs de weg worden geplaatst.

Weerkaatsing geluid beperken door materiaal en positie scherm

Het nadeel van een geluidscherm is dat het geluid wordt weerkaatst. Op woningen aan de andere kant van de weg kan er daardoor meer geluid ontstaan. Door geluidabsorberend materiaal te gebruiken kunnen we dit grotendeels voorkomen.

Ook het scherm onder een schuine hoek plaatsen kan helpen. Daardoor buigt het weerkaatste geluid af naar boven, en gaat dan over de woningen aan de andere kant van de rijksweg heen.

Woningen isoleren

In sommige gevallen is het onvermijdelijk dat er meer geluid komt op woningen langs de rijksweg. Dan moet ook het geluid binnen in een woning worden onderzocht. Dit gevelisolatieonderzoek gebeurt uiteraard alleen met toestemming van de eigenaar van de woning.

Gevelisolatieonderzoek bij toename van geluid langs de weg

Rijkswaterstaat voert het gevelisolatieonderzoek niet zelf uit, maar laat dit doen door een ingenieursbureau. Het bureau verzamelt allerlei gegevens over de woning, zoals de constructie, de indeling, de afmeting van verschillende kamers en de dikte van de ruiten.

Op basis van de verzamelde gegevens wordt berekend hoeveel geluid de gevel tegenhoudt. Daarna wordt bepaald wat het geluid binnen in de woning is. Hierbij gaan we uit van het geluid op de gevel van de woning zoals dat voor de toekomstige situatie is berekend. Omdat het om een toekomstverwachting gaat, wordt het geluid berekend en niet gemeten.

Gevelisolatie voor rekening Rijk bij overschrijding wettelijke norm

Komt het toekomstige geluid binnen de woning boven de wettelijke norm, dan doen we een aanbod om de geluidisolatie van de woning op kosten van het Rijk te verbeteren. Denk hierbij aan het afdichten van kieren, het plaatsen van dikkere ruiten of het verbeteren van de dakisolatie.

We kiezen vervolgens een aannemer die de isolerende maatregelen uitvoert. De kosten zijn voor rekening van het Rijk. Het kan zijn dat de eigenaar van de woning zelf nog aanvullende maatregelen wil laten uitvoeren of dat er sprake is van achterstallig onderhoud dat eerst moet worden opgelost voordat de geluidisolatie kan worden verbeterd. De meerkosten daarvan zijn voor de eigenaar.

We isoleren niet de hele woning

Overigens wordt meestal niet de hele woning geïsoleerd. In de wet is aangewezen welke ruimten in een woning 'geluidgevoelige ruimten' zijn. Dat zijn ruimten waar een bewoner vaak voor langere tijd is, zoals de huiskamer, keuken of slaapkamer.

Alleen de geluidisolatie van geluidgevoelige ruimten waarin het toekomstige geluid hoger is dan de wettelijke norm wordt verbeterd. Een vliering voor de opslag van spullen of een gang dus niet. Ook geluidgevoelige ruimten waarin het toekomstige geluid onder de wettelijke norm blijft, pakken we niet aan.

Project Gevelisolatie

Het onderzoek naar het geluidniveau bij woningen langs rijkswegen, het spoor of luchthavens valt onder het project Gevelisolatie.

We isoleren alleen de ruimten waar bewoners veel zijn, zoals de huiskamer of slaapkamer. De zogenoemde geluidgevoelige vertrekken.

Wanneer passen we welke maatregel toe?

We starten niet zomaar met het nemen van een maatregel tegen geluid. Voordat we stiller asfalt aanleggen of een scherm plaatsen, bepalen we eerst aan de hand van een wettelijke methodiek of de kosten van de maatregel opwegen tegen het resultaat. Dit noemen we het doelmatigheidscriterium. We kijken bijvoorbeeld hoeveel woningen profijt hebben van de maatregel en in welke mate het geluid zou toenemen als we de maatregel niet nemen.

Verhogen geluidproductieplafond

Het komt wel eens voor dat geen enkele maatregel voldoende is om onder het geluidproductieplafond te blijven. Of alle opties te veel geld kosten voor wat ze opleveren. In dat geval zit er niets anders op dan het geluidproductieplafond te verhogen. Dit moet via een besluit van de Minister van Infrastructuur en Waterstaat.

Alleen de Minister kan het plafond verhogen en doet dit pas als uit zorgvuldig onderzoek is gebleken dat alle andere mogelijkheden afvallen.

Actieplan omgevingslawaai rijkswegen

Eens in de 5 jaar wordt in opdracht van de EU in kaart gebracht hoeveel geluid rijkswegen maken. Nadat in kaart is gebracht hoeveel geluid rijkswegen maken wordt een actieplan met een looptijd van 5 jaar opgesteld. Het actieplan geeft een overzicht van de ontwikkeling van het aantal geluidgehinderden en slaapgestoorden als gevolg van rijkswegen in Nederland in de afgelopen 5 jaar en welke voornemens er zijn om de geluidsituatie in de komende 5 jaar te verbeteren.

Daar hoort ook een beschrijving bij van de geluidmaatregelen waarvan wordt verwacht dat die de komende 5 jaar zullen worden getroffen, en van de te verwachten effecten daarvan. Rijkswaterstaat draagt met feitelijke informatie bij aan het actieplan. De beleidsdirectie van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat is verantwoordelijk voor de keuzes van de maatregelen die in het actieplan worden opgenomen.